>>>  Version française     –     Basilicum 2015     –     Shungiku 2016

De aangeboden zakjes bevatten 10 zaadjes, een mengeling van 5 soorten kerstomaten: kleurrijk, nieuw, zeldzaam, oud, wild… een uniek en kwalitatief product, dat speciaal werd ontwikkeld voor het FAGG!

Om er optimaal van te genieten, bevatten de zakjes twee andere kleine zakjes, met in elk zakje één zaadje van elk van de 5 soorten! Als je dit jaar dus maar 5 stekjes wilt kweken, ben je op die manier zeker dat je alle diversiteit aan smaken en kleuren hebt. Je kunt die 5 soorten ook delen met iemand, of de 5 overblijvende zaadjes bewaren om in 2015 van 5 verschillende soorten tomaten te kunnen genieten. De gekozen soorten zijn stabiele soorten, geen F1 hybriden. Je kunt de zaden oogsten en de soort op betrouwbare wijze opnieuw zaaien (behalve natuurlijk als het stuifmeel van een plant de naburige bloem heeft bevrucht…).

Hieronder lees je meer over:

1. de soorten en
2. hoe je ze het beste kunt kweken.

Welke soorten zitten er in de zakjes?

Indigo Blue Berries

Een prachtige, nieuwe tomaat met een unieke kleur en totaal onvindbaar in België! Deze tomaat is het resultaat van kruisingen met een wilde tomaat die blauwe kleurstoffen (anthocyanen) aanmaakt met antioxidante werking: ze is dus nog beter voor de gezondheid! De onrijpe vruchten zijn groen en blauw en worden donkerbruin of zwart aan de zonkant en baksteenrood aan de schaduwkant eenmaal ze rijp zijn. Hoe meer de tomaten aan het zonlicht worden blootgesteld, hoe donkerder ze worden. Aarzel dus niet om enkele bladeren af te knippen.

De vruchten zijn bijzonder aantrekkelijk, en heerlijk! Voor de beste smaak en textuur, pluk je deze tomaat best als ze goed verkleurd is en zacht aanvoelt.  Deze soort viel beslist altijd op en werd erg gewaardeerd door de bezoekers in de testvelden.  Proevers bestempelden de smaak soms als “sprankelend”. Het is een zeer fruitige soort die veel suikers bevat.

Dit is een zeer sterke en productieve soort met talrijke prachtige lange trossen van 25-50 gram. De tomaten zijn goed bestand tegen zonnebrand en hun schil barst niet. Plant met hoge resistentie tegen ziekten. De rijpe vruchten blijven lang aan de plant hangen, en ze blijven nog lang goed nadat ze geplukt zijn. Zeer rijk aan anthocyanen. Gemakkelijk te kweken.

Onbepaalde groei (zie tips voor het kweken van tomaten), 120 tot 250 cm hoog en 60-90 cm breed afhankelijk van de grootte. Biozaadjes.

Isis Candy

Een schitterende soort die al talrijke degustatieprijzen heeft gewonnen. Waarschijnlijk de beste tweekleurige geribde tomaat.

De vruchten hebben een volle, fruitige, complexe smaak, met veel suikers. Alle smaken zijn in evenwicht met een tikkeltje zuur.

Zeer lekker van smaak, perfect om rechtstreeks van de plant gegeten te worden, of in een slaatje of andere bereidingen. Kinderen zijn er dol op!

De vruchten hebben vaak een geel kruisje op hun poep, wat deze tomaat vrij origineel maakt.

Sterke, zeer productieve plant (kan tot 5.000 vruchten geven in een normaal seizoen als ze goed verzorgd wordt…), met korte trossen van 5-8 vruchten van 2,5-4 cm. Zeer lange productie.

Onbepaalde groei. 120-200 cm op 60-90 cm.

Biozaadjes.

Snow White

Witte tomaten zijn doorgaans flets, maar deze Snow White heeft een zoete en fruitige smaak, met een lekkere nasmaak van tomaat en een tikje zuur. Sappig en verfrissend.

De vrucht kleurt van roomwit naar lichtgeel naarmate ze rijp wordt (hoe meer zon, hoe geler ze wordt; laat dus zeker wat bladeren hangen om schaduw te maken).  Hoe rijper deze Snow White wordt, hoe zoeter maar minder wit ze wordt…

Heerlijk in slaatjes of rechtstreeks uit de moestuin, ideaal om kleurcontrasten te creëren in combinatie met andere tomaten of kleurrijke groenten. Zeer succesvol in vergelijkingstests en testvelden.

Deze soort brengt werkelijk veel grote trossen voort met vruchten van 2,5 cm diameter.

Onbepaalde groei. Sterke struikachtige plant van 120-200 cm op 60-90 cm.

Onbehandelde zaden.

Black Cherry

Een van de zeldzame “donkere” kerstomaten. De vruchten van 2,5-3,5 cm wegen zo’n 15-30 gram en zijn zeer smaakvol. Ze hebben de smaak van oude tomatensoorten, met de speciale toets die eigen is aan alle “zwarte Russische” tomaten.
Rijke en zoete smaak, heerlijk. Volgens sommigen ook een tikkeltje “zout”! Een favoriet.

Zeer handig in mengelingen van kerstomaten. Heerlijk rauw in slaatjes of rechtstreeks van de plant als tussendoortje, of bereid.

Grote en sterke struikachtige plant die zeer productief is en makkelijk te kweken is, zowel in volle grond als in pot.
(zie hieronder, kweken)

De zon is belangrijk voor de kleur van de vruchten.

Onbepaalde groei, tot 250 cm.

Biozaadjes.

Matt’s Wild Cherry

Wilde tomaat, uitzonderlijk van smaak; volgens sommigen: een van de lekkerste kerstomaten!

De kleine rode vruchten zijn zeer zoet en aromatisch.

Ze zijn zacht van textuur, met een dunne schil die vrij snel barst. Pluk ze dus vaak!

Fantastische tomaten voor salsa’s, salades, pastagerechten, of uit het vuistje rechtstreeks van de plant.

Matt’s Wild Cherry is een minder productieve soort dan de modernere tomaten, maar zal je toch een mooie oogst opleveren.

Bovendien is ze zeer resistent tegen ziekten en zal ze blijven produceren daar waar andere zullen bezwijken.

Onbepaalde groei, tot 2 m.

Biozaadjes.

 

Tips om tomaten te kweken

Tomaten zijn planten die je gemakkelijk uit zaad kunt opkweken. Als je een aantal regels naleeft, zul je bovendien lang kunnen genieten van een mooie opbrengst.

Je kunt ze kweken in serres, in volle grond zonder serre, of in potten op een terras of balkon bijvoorbeeld. Een zuidelijk gerichte muur, beschermd tegen de regen, is een waar paradijs voor hen!

Tomatenkwekers kennen deze plant. Hieronder vind je een samenvatting voor beginners.

1. Zaaiperiode

Je kunt tomatenzaadjes beter iets te laat dan veel te vroeg zaaien! Tomaten kunnen niet goed tegen de kou, en het is niet aan te raden om een plant onnodig te laten “vegeteren” voor ze geplaatst worden.  Heb je een serre? Zaai dan begin maart. Als je geen serre hebt, kun je zaaien tussen midden maart en begin april.

2. Hoe zaaien?

In dit geval, met slechts een gering aantal zaadjes, zoek 5 (of 10) plasticpotjes met een diameter van 10 cm (zoals de potjes van geraniums of petunia’s die je in de lente koopt), nieuw of goed gereinigd met bleekwater en vervolgens afgespoeld. Onderaan moeten gaatjes zijn. De potjes mogen nooit onder water staan. Vul ze voor 2/3 met lichtjes aangedrukte potgrond.  Je hoeft hiervoor geen speciale potgrond voor zaaien te gebruiken, universele potgrond van goede kwaliteit volstaat (goed merk, aangekocht in een boomkwekerij of tuincentrum, niet in de supermarkt).

In elke pot plaats je een zaadje in een gaatje van 3 mm diep. Bedek met potgrond en druk lichtjes aan. Je kunt hiervoor eventueel de punt van een potlood gebruiken. Maak de potgrond goed nat met een plantensproeier of gieter met broes, en dek af met cellofaanfolie waarin je enkele verluchtingsgaten hebt geprikt.

Zet je zaaisel op een plaats waar het minstens 20 °C is; de ideale temperatuur bedraagt 25 of zelfs 28 graden. Controleer regelmatig of het substraat nog vochtig is (maar nooit doorweekt). Zodra de kiemplantjes verschijnen (na ongeveer 2 weken), verwijder je de plasticfolie en zet je de potjes op een zeer lichte plaats (veranda, venster,…) bij een temperatuur van minstens 15 °C. Als ze onvoldoende daglicht krijgen, zullen de stekjes te hoog opschieten en heel dun en broos worden… Als de jonge plantjes een paar centimeter boven de rand uitsteken, mag je het potje volledig met potgrond vullen. Druk voorzichtig aan zodat de steel niet afbreekt. Als je wilt, mag je eerst de onderste twee bladeren afknippen.

Als je een serre hebt, mag je de stekjes daarin onderbrengen bij warm weer. Vergeet niet om ze ’s nachts binnen te zetten!

Je mag eventueel wat vloeibare universele meststof gebruiken. Zorg er dan wel voor dat je het product 2 tot 3 keer meer verdund dan aangegeven in de instructies van de fabrikant.

3. Definitieve plaats

In ons land kun je de stekjes zonder al te veel risico in een serre planten vanaf eind april. Wil je ze buiten planten? Dan wacht je beter tot na 15 mei.
Tomaten hebben veel zonlicht nodig!

De bodem moet tot op een zekere diepte goed bewerkt zijn en eventueel verrijkt worden met compost of potgrond.

Afhankelijk van de gewenste grootte (zie hieronder), laat je 60 tot 100 cm tussen de jonge plantjes. Stop de stengel 5 tot 10 cm in de grond, of, wanneer de stekken vrij groot zijn, verwijder de onderste bladeren en leg ze schuin in het gat, bedek met aarde en zet de steel voorzichtig rechtop met een steunstokje: er zullen wortels groeien op het ondergrondse gedeelte. Je kunt dezelfde methode toepassen voor planten in potten, door de kluit te verschuiven naar de rand. Plaats de steunstokken (180-250 cm, stevig!) vooraf om de wortels niet te beschadigen. Bind de planten vast met een stuk touw (niet te dun om de stengels niet te beschadigen) en herhaal dit regelmatig tijdens de groei.

Je kunt de planten kweken in grote potten van 10 tot 20 liter of meer, met kwaliteitspotgrond.

4. Gieten & bemesten

In de zomer kan een tomatenplant meer dan twee liter per dag “uitzweten”! Geef ze dus voldoende water! Zeker als de planten in potten worden gekweekt! Het water moet kunnen weglopen, er mag geen water in de potten blijven staan (tenzij voor een paar uur, om het gieten eenvoudiger te maken).

De tomatenplant is een zeer gulzige plant: om mooie en sterke planten en lekkere vruchten te krijgen, moet je speciale meststof voor tomaten bijgeven. In volle grond kun je meststof kiezen die je één keer of meerdere keren aan de grond toevoegt. Je kunt ook kiezen voor vloeibare meststof die je moet verdunnen met water. Volg steeds het advies zoals aangegeven op de verpakking. Staan je tomaten in potten? Dan is bijmesten nog belangrijker. Respecteer de dosissen zoals aangegeven op de verpakking. Voor tomaten in potten gaat de voorkeur uit naar vloeibare meststof.

5. Snoeien

Deze soorten hebben een “onbepaalde” groei, ze blijven dus onbeperkt groeien. Het is dan ook belangrijk dat de planten worden gesnoeid. Anders krijg je hele grote planten met minder kwalitatieve vruchten.

Uit het zaadje komt één stengel; na verloop van tijd ontstaan okselscheuten die zich bevinden waar het blad vergroeid is met de stengel. In volle grond mag je voor kerstomaten 2 tot 6 stengels laten groeien (spreid ze en bind ze op). In pot is dat, afhankelijk van de grootte, 2 tot 4 stengels. Voor planten in potten plaats je de steunstokken tegen de rand van de pot als je meerdere stengels wilt laten groeien.

Na dit snoeiwerk moet je ook nieuwe scheuten verwijderen die aan de basis van de bladeren groeien, de zogenaamde “dieven”. Opgelet, snoei geen bloemen… Ben je niet zeker? Wacht dan tot de scheut 15 tot 20 cm groot is. Dieven groeien altijd tussen een blad en de stengel.

6. Andere tips

Verhoog je kansen op succes door dit tuinieradvies te volgen:  tomatenziekten overleven vaak in het getroffen plantenweefsel van het voorgaande jaar. Het is dan ook belangrijk om de percelen goed te reinigen. Voeg geen besmette stukken toe aan het compost dat je het jaar nadien zal gebruiken, respecteer ook het principe van de wisselbouw om opnieuw te beginnen met een gezond perceel.. Tomatenstekjes houden van veel zon en lucht, verwijder dus voldoende bladeren. Men is het erover eens dat, wanneer er enkel nog bladeren overblijven op de helft of zelfs een derde van een goed verzorgde plant, dit niets verandert aan de oogst: verwijder dus “nutteloze” bladeren onderaan de plant, bladeren die de grond raken, of als je twijfelt of ze gezond zijn … Giet nooit bewust of onbewust water op de bladeren van een tomatenplant! Geef altijd water onderaan aan de voet, nooit op de planten zelf!

7. Oogsten en bewaren

Oogst de tomaten altijd bij droog weer; vochtige vruchten bewaren niet goed. Pluk de vruchten als ze rijp zijn en bewaar ze niet in de koelkast maar op kamertemperatuur om de smaak en de aroma’s optimaal te behouden (de ideale temperatuur om tomaten te bewaren, is tussen 12 en 18 °C). Eenmaal geplukt blijven groene tomaten rijpen als je ze in krantenpapier wikkelt en ze op een warme plek legt.  Één tomatenplant levert je gemiddeld 5 tot 15 kg tomaten op per seizoen.

De zaden blijven meerdere jaren goed op voorwaarde dat je ze op een droge, donkere en frisse plek bewaart.